Kort Rapenburg 1

Nummer 1 en 3

Op de hoek en aan het water, wie zou daar niet willen wonen? Eind van de 19e eeuw werd deze foto gemaakt. Het Galgenwater nog slechts 4 huizen en een duidelijk te zien nummer 1 en nummer 3 aan het Kort Rapenburg.

De Nederlandsche Bank koopt in 1915 vier percelen op de hoek van het Kort Rapenburg en het Galgewater om daar een nieuw kantoor te bouwen. De Haagse architect J.A.G. van der Steur maakt het ontwerp. Het Leidsch Dagblad van 19 april 1915 schrijft: ‘Een pracht punt voor een mooi gebouw en daarom doet het ons genoegen, dat juist de Nederlandsche Bank een begin maakt met verandering van deze zijde van het Kort Rapenburg, omdat de Nederlandsche Bank gewoonlijk, waar zij bouwt, een mooi gebouw neerzet. De eerste schrede om de huizen daar uit hun vernedering op te beuren is gezet….wie volgt?’
De oorlogssituatie verhindert dat de bouw snel van start gaat. Op 3 juli 1918 kan het nieuwe kantoor eindelijk geopend worden.

Het bankgebouw

Het Bankgebouw waarschijnlijk naar ontwerp van J.A.G. van der Steur uit 1919 voor de Nederlandsche Bank. In de gevel terug zijn de initialen SEV te vinden. De voorgevel van het gebouw heeft de stylistische kenmerken van de Um 1800-stijl, een traditionalistische, vroeg-twintigste eeuwse architectuurstroming die met name werd toegepast bij de bouw van banken. Details aan de voorgevel en in het interieur verwijzen nog naar de oorspronkelijke functie van het gebouw en de stichters van de bank – koning Willem I en zijn eerste echtgenote, koningin Wilhelmina van Pruisen. Het gebouw behield de oorspronkelijke functie tot het begin van de jaren ’80 en heeft tegenwoordig een functie als kliniek. Een aantal bijzondere onderdelen van het interieur zijn in oorspronkelijke staat bewaard gebleven en vallen eveneens onder de bescherming van rijkswege.

Sinds 9 oktober 2002 is dit een Rijksmonument.

De bank in de 2e wereld oorlog (1943).

Omschrijving

Vanuit een rechthoekige plattegrond opgetrokken hoekpand met souterrain en twee bouwlagen onder een met pannen gedekt, afgeknot en aan de onderzijde gewelf schilddak met pironen op de nokhoeken. Bak- en natuurstenen? gevels met rechtgesloten gevelopeningen en een bakstenen plint met natuurstenen deklijst. Vier-assige voorgevel met brede hoeklisenen en drie smallere lisenen op de penanten, alle met zandstenen kop.

Entree in linker travee met dubbele paneeldeur met scharnierende deurdelen boven een hardstenen trap en binnen een eveneens hardstenen omlijsting, met onder de keperboog van de afsluiting (latei) het wapen van Leiden in een medaillon.

Tweeruits bovenlicht met zandstenen kozijn. Aan de liseen rechts van de entree een ongeïdentificeerd gietijzeren element. Links van de entree een smal, staand venster. Rechts van de entree drie maal twee getraliede souterrainvensters, per twee tussen latei en onderdorpel van hardsteen. Drie, recht boven een hardstenen lijst en de souterrainvensters staande bel-étage vensters met stalen zesruits ramen onder rollaag. Onderdorpels aan het oog onttrokken door bloembakken.

Tussen de vensters van de bel-étage en de verdieping uitgemetselde veldjes met kleine terracotta reliëfs in de vorm van kopjes (Koningin Wilhelmina van Pruisen en Koning Willem I) en de Nederlandse leeuw, alsmede de tekst ‘Koninkrijk der Nederlanden’. Op de verdieping kruisvensters met zandstenen kozijnen. Hoofdgestel met versierd fries onder een op klossen steunende gootlijst. Boven de lijst een brede, lucarne met bakstenen onderbouw met vier vensters en vleugelstukken met zandstenen dekstenen. Zware zandstenen bekroning in de vorm van een gebogen fronton met geprofileerde kroonlijst en in bas-reliëf uitgevoerde liggende, schilddragende leeuwen alsmede het wapen van Leiden in het timpaan. Eveneens zandstenen kroonlijst boven de gemetselde wangen. In de hardstenen hoekblokken rechtsonder de initialen SEV van waarschijnlijk de bouwmeester en de datering 25 XI 1916.

Rechter zijgevel met per bouwlaag lisenen, entablement en vensters als die van de voorgevel. Dakkapel (lucarne) eveneens vergelijkbaar met die aan de voorzijde, maar smaller (twee vensters) en met staande leeuwen in het timpaan. Rechts van de drie-assige gevelpartij een terugliggende, minder hoog opgaande travée met een enkele paneeldeur tussen twee hardstenen traptreden en een hoge, hardstenen latei met vlakke keperboog en twee kleine, getraliede bovenlichten. Hoog in de gevel drie vensters met doorgetrokken onderdorpel. Rechtsboven een uitkragend muurdeel (onderdeel brandmuur?) met een hondekop als kraagsteen. Gevelbeëindiging in de vorm van een geprofileerde dakgoot op klossen. Op het hoofdvolume aansluitend dakschild met segment- boogvormige dakkapel.

Blinde zuidgevel met deklijst en een vrij hoge, ronde schoorsteenpijp met uitkragende rookmond boven een uitgemetselde onderbouw.

Het interieur is voor een deel nog in oorspronkelijke staat. Hierin zijn met name het ingangsportaal, de hal en het trappenhuis van belang. Ingangsportaal voorzien van dubbele deur met geprofileerde houten binnenomlijsting met tandfries, een marmeren vloer, dito trap naar bel étage en betegelde wanden. Naar links is een trap die leidt naar het souterrain. Tussen portaal en hal een dubbele portaaldeur met roedenverdeling in de deurramen en voor een deel nog aanwezig koperen hang- en sluitwerk. Hal met deels blinde segmentbogen, muurbekleding van geglazuurd keramisch materiaal met florale decoraties in reliëf, waaronder afbeeldingen van guldens. Opvallend is de aanwezigheid van een zich in een segmentboogvormige nis bevindend, deels verkeerd geplaatst tegeltableau met het wapen van de stad Leiden, broden en vissen in reliëf. Op de bel étage bevindt zich ook nog een oorspronkelijke bankkluis. De verdiepingen zijn te bereiken via een bordestrap met in het trappenhuis boogvormige muuropeningen met door reliëfs versierde, keramische omlijsting en deelzuiltjes. Deze elementen komen terug in de traplichten. In de kop van de tussenmuur aan het tweede bordes staat een grote zandstenen zuil. Een ronde traplicht is hier voorzien van keramische aanzetstenen in het kruiskozijn. Boven één van de deuren op de verder niet met bijzonderheden verrijkte verdieping ligt een tegeltableau met “Kantoor”. De boogdoorgangen boven de trap zijn voorzien van zandstenen blokken aan de boogaanzet. De leuningen van de trap zijn met koperen elementen aan de trapmuur bevestigd.

Waardering

Het bankgebouw is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde als representatieve schakel in de typologische ontwikkeling van de kantoorbouw en de voor de bouwperiode karakteristieke vormgeving en detaillering.

Het heeft tevens grote stedebouwkundige en ensemblewaarde als markant, beeldbepalend onderdeel en afsluiting van twee gevelwanden.

Het gebouw is bovendien van belang vanwege de herkenbaarheid en de gaafheid van het exterieur en delen van het interieur.

Advocatenkantoor

In 1965 wordt het overgenomen door het advocatenkantoor van Mr. Ph. J. de Ruijter de Wildt c.s. Dit kantoor verhuist op 9 september 1975 naar Hoge Rijndijk 28.

De Stichting Medisch Centrum voor Geboorteregeling

In 1976 krijgt het gebouw een nieuwe bestemming. De Stichting Medisch Centrum voor Geboorteregeling maakt bekend dat ze hier een kliniek zal beginnen. Het duurt nog even eer die in bedrijf gaat. De kliniek blijft hier tot het begin van deze eeuw. Het pand wacht weer op een nieuwe gebruiker. Een gebouw met zo’n uitgesproken vormgeving is maar voor een beperkt aantal gegadigden interessant. Ontworpen als bankgebouw oogt het als een bastion, een geldpakhuis waar Dagobert Duck zich senang in zou voelen.

Turksconsulaat

Het Honorair Consulaat-Generaal (HCG) van Turkije in Leiden sluit vanaf 1 augustus 2020 definitief de deuren. Joost Peters vervulde sinds augustus 2009 de functie van Honorair Consul-Generaal van Turkije. Na zijn overlijden in maart vorig jaar ging het consulaat op zoek naar een geschikte opvolger, maar zonder succes. Het HCG Turkije heeft daarom in overleg met de Turkse ambassade besloten deze zoektocht te staken.

Het consulaat fungeerde ruim tien jaar als schakel tussen Nederland en Turkije op het gebied van handel, kunst, cultuur en hoger onderwijs. Op het gebied van cultuur was er het jaarlijkse Haringparty.

The Corona L.A.B.

Na een tijd leeg gestaan te hebben zijn het souterain en de bovenverdiepingen omgebouwd tot huur appartementen voor de welgestelde. In 2021 huurt the corona l.a.b. het gebouw en begint daar een corona test lokatie. Nadat in maart 2022 de meeste corona maatregelen los worden gelaten is er ook geen noodzaak meer voor de zo vele Corona teststraten. Vanaf medio april 2022 sluit The Corona L.A.B. dan ook zijn deuren op het Kort Rapenburg.

Vanaf die datum staat de begane grond dan ook weer leeg.